9. Belastingen

De belastingen bestaan uit:

2023

2022

Acute belastinglast

-18.494

-29.791

Uitgestelde belastingbate/(last)

7.927

18.368

-10.567

-11.423

De aansluiting tussen het nominale belastingtarief en de effectieve belastingdruk is als volgt:

2023

2022

Resultaat vóór belastingen

32.285

91.103

Gewogen gemiddelde nominaal belastingtarief

-26,0%

-8.395

-25,8%

-23.518

Tariefswijzigingen

-8,0%

-2.599

9,4%

8.517

Overige correcties

4,3%

1.395

4,0%

3.632

Aanpassingen van voorgaande jaren

-3,0%

-968

-0,1%

-54

Effectieve belastingdruk / Belastingen

-32,7%

-10.567

-12,5%

-11.423

De tariefswijzigingen hebben betrekking op het effect van het tariefsvoordeel van de innovatiebox (Wet Vennootschapsbelasting). Het tarief van de innnovatiebox is 9% t.o.v. 25,8% nominaal tarief in Nederland. De latente belastingverplichtingen per ultimo 2023 zijn opgenomen rekening houdend met het effect van het verlaagde tarief over het innovatieboxvoordeel welke loopt tot en met 2027. Ten opzichte van 2022 is het tariefsvoordeel met één jaar afgenomen.

De overige correcties betreffen voornamelijk permanente verschillen veroorzaakt door de innovatiebox. In 2022 betroffen de overige correcties permanente verschillen in de innovatiebox en verrekenbare verliezen van J&C Aquisition Holding B.V. in verband met de uitbreiding van het aandelenbelang. De aanpassingen voorgaande jaren betreffen correcties op basis van de definitief ingediende aangiften.

Latente belastingvorderingen en -verplichtingen

De latente belastingvorderingen en -verplichtingen worden, per belastingjurisdictie, in de balans gesaldeerd gepresenteerd en hebben overwegend een langlopend karakter.

De latente belastingvorderingen bestaan ultimo 2023 uit vorderingen op de Belgische en Duitse belastingjurisdictie (2022: Belgische belastingjurisdictie). Het verloop van de latente belastingvorderingen is als volgt:

2022

Mutaties gedurende het boekjaar

2023

Vordering

Verplichting

Via winst- en verliesrekening

Via totaal-resultaat

Via balans van latente belastingverplichting

Vordering

Verplichting

Immateriële vaste activa

-40

-

-61

-

-

-

-101

Materiële vaste activa

-

-

-

-

-

-

-

Gebruiksrechten huurcontracten

-

-13.051

-2.055

-

-29

-

-15.135

Pensioenen en overige uitgestelde beloningen

201

-

-205

5

-

1

-

Huurverplichtingen

13.095

-

2.249

-

23

15.367

-

Overige activa en passiva

-

-

-

-

-

-

-

Verliescompensatie

5.199

-

2.288

-

-

7.487

-

Saldering latente vorderingen en verplichtingen

-13.051

13.051

-

-

-

-15.236

15.236

Netto latente belastingvorderingen

5.404

-

2.216

5

-6

7.619

-

De latente belastingverplichtingen bestaan ultimo 2023 uit verplichtingen aan de Nederlandse belastingjurisdictie (2022: Nederlandse en Duitse belastingjurisdictie). Het verloop van de latente belastingverplichtingen is als volgt:

2022

Mutaties gedurende het boekjaar

2023

Vordering

Verplichting

Via winst- en verliesrekening

Via totaal-resultaat

Via balans naar latente belastingvordering

Vordering

Verplichting

Immateriële vaste activa

-12.797

204.045

-8.441

-

-

-15.161

197.968

Materiële vaste activa

-2.245

1.218

-62

-

-

-2.130

1.041

Gebruiksrechten huurcontracten

-

616.228

-204.922

-

-29

-

411.277

Financiële vaste activa

-

3.553

368

-

-

-

3.921

Pensioenen en overige uitgestelde beloningen

-659

-

-1.095

152

-

-1.602

-

Voorzieningen

-1.231

3.436

-1.104

-

-

-

1.101

Huurverplichtingen

-633.395

-

204.678

-

23

-428.694

-

Langlopende verplichtingen

-7.135

-

4.218

-

-

-2.917

-

Overige activa en passiva

-2.579

411

2.200

-

-

-645

677

Herinvesteringsreserve

-

4.345

-1.551

-

-

-

2.794

Verliescompensatie

-1.495

-

-

-

-

-1.495

-

Saldering latente vorderingen en verplichtingen

661.536

-661.536

-

-

-

452.644

-452.644

Netto latente belastingverplichtingen

-

171.700

-5.711

152

-6

-

166.135

De latente belastingverplichtingen voor de Nederlandse belastingjurisdictie zijn ultimo 2023 per saldo opgenomen tegen het nominale tarief van 25,8% (2022: 25,8%) rekening houdend met het effect van het verlaagde tarief over het innovatieboxvoordeel wat loopt tot en met 2027.

De latente belastingvorderingen zijn voor € 526 kortlopend (2022: € 2.884), de latente belastingverplichtingen zijn voor € 23.731 (2022: € 30.613) kortlopend.

De mutatie van de latente belastingen in het overzicht van het totaalresultaat betreft de belasting over de actuariële resultaten op de toegezegd-pensioenregelingen van € 148 (2022: € 738).

Belastingvorderingen en -verplichtingen

De openstaande (acute) belastingvorderingen en -verplichtingen hebben betrekking op de fiscale posities van de betreffende groepsonderdelen, bestaande uit nog niet afgewikkelde fiscale boekjaren onder aftrek van voorheffingen of voorlopige teruggaven.

Fiscale eenheid

Ultimo boekjaar 2023 zijn voor de omzetbelasting alle in de consolidatie begrepen Nederlandse groepsmaatschappijen vanaf moment van oprichting dan wel acquisitie in de fiscale eenheid Koninklijke Jumbo Food Groep B.V. opgenomen, met uitzondering van Euroselect B.V.

Ultimo boekjaar 2023 zijn voor de vennootschapsbelasting alle in de consolidatie begrepen Nederlandse groepsmaatschappijen vanaf moment van oprichting dan wel acquisitie in de fiscale eenheid Koninklijke Jumbo Food Groep B.V. opgenomen.

Door opname in een fiscale eenheid zijn de groepsmaatschappijen van Koninklijke Jumbo Food Groep B.V. ieder hoofdelijk aansprakelijk voor de belastingschulden van de betreffende fiscale eenheid.

Wet minimumbelasting 2024 (“Pillar II”)

Op 19 december 2023 is de Wet minimumbelasting 2024 (“Pillar II”) in Nederland aangenomen.  Jumbo valt binnen het toepassingsgebied van deze wetgeving. De wet treedt met ingang van 31 december 2023 in werking en is van toepassing voor boekjaren beginnend op of na 31 december 2023. Jumbo heeft de verplichte tijdelijke vrijstelling toegepast voor het opnemen en toelichten van informatie over latente belastingposities met betrekking tot Pillar II, zoals opgenomen in de wijzigingen in IAS12 uitgegeven in mei 2023.

Op basis van deze wetgeving is Jumbo een aanvullende belasting verschuldigd voor het verschil tussen het effectieve belastingtarief per belastingjurisdictie zoals berekend onder Pillar II en het minimumtarief van 15%.

Jumbo is enkel actief in Nederland, België, Duitsland en Denemarken. Deze landen kennen een statutair belastingtarief hoger dan 15% waarbij er bovendien geen beroep wordt gedaan op (fiscale) regelingen en/of vrijstellingen die als gevolg de effectieve belastingtarief kunnen verlagen naar een percentage van minder dan 15%. Daarnaast heeft Jumbo in alle jurisdicties reële aanwezigheid. Er bestaat daarom geen (objectieve) verwachting dat Jumbo door deze wetgeving wordt geraakt.

Als onderdeel van deze wetgeving bestaan een aantal veilige havenregelingen waaronder een tijdelijke Country-by-Country Reporting (“CbCR”)-veilige havenregeling. Na analyse blijkt dat Jumbo zich kan beroepen op deze tijdelijke CbCR-veilige havenregeling. Jumbo heeft een effectieve belastingdruk (per jurisdictie) in 2023 die (ruimschoots) hoger is dan het voor het voor 2023 toepasselijke overgangspercentage van 15%.

Schattingen en oordelen

Bij de bepaling van de acute en latente belastingposities heeft Jumbo bepaalde schattingen moeten maken. Nieuwe informatie kan beschikbaar komen die Jumbo aanleiding geeft de schattingen aan te passen. Dergelijke aanpassingen in de latente belastingposities worden in de belastingen verantwoord in de periode dat de aanpassingen worden vastgesteld.

Latente belastingvorderingen, met inbegrip van die latente belastingvorderingen voortvloeiende uit voorwaartse verliescompensatie, worden gewaardeerd voor zover het op basis van de actueel beschikbare informatie waarschijnlijk is dat het actief in de toekomst wordt gerealiseerd. Uitgestelde belastingvorderingen worden per iedere verslagdatum herzien en verlaagd voor zover het niet langer waarschijnlijk is dat het daarmee samenhangende belastingvoordeel wordt gerealiseerd.

Waarderingsgrondslagen

De belastingen over het resultaat van het verslagjaar bestaan uit de over het commercieel resultaat verschuldigde dan wel te ontvangen vennootschapsbelasting rekening houdend met vrijgestelde resultaatbestanddelen. De winstbelasting wordt in de winst- en verliesrekening opgenomen, behoudens voor zover deze betrekking heeft op posten die in het overzicht van het totaalresultaat worden opgenomen, in welk geval de belasting in het overzicht van het totaalresultaat wordt verwerkt.

Latente belastingvorderingen en -verplichtingen worden opgenomen voor tijdelijke verschillen tussen de waarde van de activa en passiva volgens de in deze jaarrekening gehanteerde grondslagen voor waardering en resultaatbepaling en de fiscale voorschriften. De berekening van de latente belastingvorderingen en -verplichtingen geschiedt tegen de aan het einde van het verslagjaar bekende belastingtarieven, waartegen naar verwachting toekomstige afwikkeling plaatsvindt. Latente belastingvorderingen en -verplichtingen zijn gewaardeerd tegen nominale waarde.

De over het boekjaar verschuldigde en verrekenbare belasting is de naar verwachting te betalen belasting over de belastbare winst over het boekjaar, berekend aan de hand van belastingtarieven die zijn vastgesteld op verslagdatum, en eventuele correcties op de over voorgaande jaren verschuldigde belasting.